Iedereen let op mij!
In
de puberteit worden pubers zich steeds meer bewust van zichzelf. Jongeren hebben een egocentrisch perspectief en denken dat iedereen op
hen let en van alles aan hen ziet. In hun hoofd wisselen de positieve en
negatieve stemmen elkaar af, de ene stem zegt dat ze veel beter, slimmer en mooier dan hun vriendin
zijn, maar de volgende keer overheerst de stem die zegt dat ze dom, waardeloos,
lelijk zijn. Deze positieve en negatieve gedachten zorgen voor veel innerlijke
strijd en innerlijke verwarring.
Ze
kunnen uren voor de spiegel staan en erg bezig zijn met uiterlijk, kleding en
haar. En met hoe ze op anderen overkomen. Het is heel belangrijk dat je goed in
de groep ligt en vooral niet teveel afwijkt of opvalt. Pubers gaan behalve dat
ze kritischer naar zichzelf kijken ook kritischer naar anderen kijken, vooral
naar hun ouders.
Pubers
en vooral hoogsensitieve pubers zijn erg bezig met anderen en interpreteren
signalen van anderen als goed- of afkeuring. Maar daarbij interpreteren ze dat
niet altijd op een goede manier. Als ze op het schoolplein andere jongeren naar
hen zien kijken en met elkaar praten, kunnen ze de conclusie trekken dat er
over hen geroddeld wordt. En daar dan erg gevoelig op reageren. Ze
interpreteren dat het over hen gaat en dat het vast niet positief is. Met als
gevolg dat ze zich onzeker gaan voelen en in hun gedachten steeds met het
voorval bezig blijven en zich niet erg goed meer kunnen concentreren.
Het gedeelte in de hersenen dat verantwoordelijk
is voor het herkennen van verfijnde sociale signalen is nog in ontwikkeling. Pubers
kunnen dus moeite hebben met het juist inschatten en interpreteren van emoties
van anderen. Of ze nemen hun eigen gevoelens als uitgangspunt en projecteren
die op de ander. Naarmate pubers ouder worden, kunnen ze emoties bij anderen
steeds beter herkennen en juist duiden, met name de nuances zoals het verschil
tussen walging, boosheid en angst.
Onderzoekster Eveline Crone geeft aan dat
pubers zich steeds beter in anderen leren verplaatsen. Soms schieten ze hierin
door in de zin dat ze hypergevoelig worden voor emoties op de gezichten van
anderen. Ze kunnen veel emotioneler reageren dan volwassenen, blijkt uit
hersenscans. Ze zijn erg gevoelig voor
afwijzing, zelfs als je boos naar ze kijkt, kan dit erg binnenkomen. Ze laten
zich snel in een emotie meeslepen. Ze kunnen het gevoel van afwijzing nog niet afremmen
omdat de prefrontale cortex daartoe nog onvoldoende ontwikkeld is bij pubers
Hersenen reageren praktisch hetzelfde op
uitsluiting van leeftijdgenoten als op bedreigingen van de gezondheid of de
voedselaanvoer. Voor het brein is afgewezen worden dus een levensbedreigende
situatie. Daarom kunnen ze zo heftig reageren als ze zich bedrogen of afgewezen
voelen. Vriendschappen krijgen een
andere betekenis. Voor die tijd is vriendschap vooral dat je dezelfde dingen
leuk vindt en dat je bepaalde dingen samen
doet of deelt. In de puberteit wordt de wederkerigheid in relaties belangrijker
gaan ze beseffen dat een ander heel anders tegen dingen kan aankijken dan ze
zelf doen.
Henriƫtte
Maas www.pacha-mama.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten